Hoewel de studententijd voor sommigen de mooiste tijd van hun leven is, is het voor anderen een periode van eenzaamheid, angst en depressie. De levensfase van de student krijgt in België veel aandacht en dat is terecht. De jongvolwassene dient zich los te maken van zijn ouders als primaire autoriteiten en liefdesfiguren. Hij (m/v) moet afhankelijkheidsbehoeften zien te integreren met zijn streven naar autonomie, en zijn driftmatige impulsen met zijn verlangen naar liefde en wederkerigheid. Wanneer dit niet lukt kan de student zich met allerlei symptomen melden bij de studentenpsycholoog. Maar een psychoanalytische blik kan helpen licht te werpen op de onderliggende ontwikkelingsstagnatie. Deze dient op gang gebracht of bijgesteld te worden en de studententijd leent zich door de moratoriumfunctie uitstekend hiervoor. Ik zal een verband leggen tussen de psychoanalytische ontwikkelingstheorie van de jongvolwassene en de klinische contacten in onze spreekkamer. Hoe zien we het verschil tussen een student die zich spelenderwijs ontwikkelt en een student die stagneert in fantasie en spel?  En wat hebben we geleerd van Corona?

Datum: woensdag 12 juni om 20u00

Thema: De studententijd: beven of leven?

Spreker: Marc Hamburger, psychoanalyticus en psychoanalytisch psychotherapeut, werkzaam als docent bij de RINO Groep, de NVPP en de NPaV en als docent/supervisor psychotherapie bij de afdeling psychiatrie van het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Vrijgevestigd in Utrecht.